Met uitsterven bedreigd
De asteroïde, waardoor de meeste dinosauriërs stierven, zorgde ervoor dat het waarschijnlijk wel twee jaar lang donker was op aarde. De inslag lanceerde dichte wolken van as en andere deeltjes de atmosfeer in die zich vervolgens over de hele planeet verspreidden. Zonder zonlicht was er tijdens deze periode geen fotosynthese mogelijk. En zonder dit proces, waarbij een plant of alg met behulp van zonlicht CO2 en water omzet in voedsel, stierf naar schatting het grootste deel van de planten- en algensoorten op aarde uit. Zo ook een groot deel van de fyto plankton genaamd coccolithoforen.
Alternatieve voedingsbronnen
Coccolithoforen gebruiken fotosynthese om te overleven en te groeien. Toch vinden we deze algen ook diep in het water waar bijna geen zonlicht kan komen. Ze overleven zelfs tot wel 30 dagen in een donker laboratorium. Wetenschappers van het Bigelow Laboratory for Ocean Sciences onderzochten deze opmerkelijke eigenschappen. Ze concludeerden dat deze algen waarschijnlijk stoffen uit de omgeving opnemen. Door van deze stoffen voedingsstoffen te maken zijn ze in staat zonder enig zonlicht te overleven.
Belangrijke algen
En dat is maar goed ook. Coccolithoforen zijn namelijk onmisbaar voor het voortbestaan van al het andere leven op aarde. Ze vormen als fytoplankton de basis van de voedselketen. Fytoplankton wordt gegeten door zoöplankton en allerlei zeedieren die wij bijvoorbeeld weer eten. Daarnaast zetten ze via fotosynthese ook enorme hoeveelheden CO2 om in zuurstof. Er wordt zelfs geschat dat tot wel 70% van de zuurstof op aarde door fytoplankton wordt gemaakt. Dit onderzoek laat zien dat deze onmisbare microben enorm flexibel zijn en zich zelfs aan de meest uitdagende omstandigheden weten aan te aanpassen. Dankzij deze flexibiliteit zijn microben essentieel in de geschiedenis (en toekomst) van de aarde.