In het onderzoek werden bankbiljetten uit verschillende landen in het lab blootgesteld aan potentieel ziekteverwekkende bacteriën. Na 24 uur kweken werd het aantal kolonies geteld op onder andere eurobiljetten, de Amerikaanse dollar, Kroatische kuna en Roemeense leu. Het bleek dat bacteriën het best groeide op de leu. De onderzoekers denken dat dit vooral komt omdat deze biljetten gemaakt zijn van een plastic-achtige vezel die meer bacteriën vasthoudt dan de klassieke katoenvezels. Ook na doorgeven van de leu en de dollar aan testpersonen konden de op geld gekweekte bacteriën worden teruggevonden. Op de kuna biljetten groeide geen enkele soort. De onderzoekers konden niet precies achterhalen hoe deze biljetten verschilden van de anderen.
In eerste instantie komt dit onderzoek misschien vooral grappig over. Echter, door op deze manier de structuur en materialen van bankbiljetten te onderzoeken, kunnen landen de biljetten zo produceren dat bacteriën er niet lang op kunnen overleven. Op die manier kan het toenemende probleem van verspreiding van resistente bacteriën worden verminderd.
Bronnen: BMC , Improbable Research