Bacteriën liften mee op resistentie van andere soorten

– jan 17, 2017

Bacteriën hoeven zelf niet resistent te zijn voor een antibioticum om een kuur toch te overleven. Ze ‘lenen’ simpelweg de resistentie van andere bacteriesoorten. Dit ontdekten microbiologen van de Rijksuniversiteit Groningen (RUG) en University of California, San Diego.

Groeiend probleem

Antibioticaresistentie is een groeiend probleem. Door een gebrek aan nieuwe antibiotica, en verkeerd gebruik van bestaande antibiotica in de humane zorg en veeteelt, ontstaan er steeds meer multiresistente bacteriën zoals MRSA. Deze bacteriën zorgen jaarlijks voor ruim 700.000 doden wereldwijd. Het komt vaak voor dat ziekteverwekkende bacteriën die niet resistent zijn toch een antibioticakuur overleven, dit vergroot het probleem nog verder. Groningse en Amerikaanse microbiologen deden onderzoek naar de reden hiervoor en deden een onverwachte ontdekking. 

Het experiment

In hun experimenten gebruikten de onderzoekers het antibioticum chlooramfenicol. Ze dienden dit toe aan een mengsel van resistente Staphylococcus-bacteriën en niet-resistente Streptococcus pneumoniae. De Staphylococcus kreeg een groen fluorescerend eiwit om het te kunnen onderscheiden van de S. pneumoniae. Na het toedienen van het antibioticum ontdekten het team iets merkwaardigs. De ongevoelige Staphylococcus bleven (zoals verwacht) gewoon in aantal toenemen, maar de Streptococcus, waarvan gedacht werd dat hij het antibioticum niet zou overleven, bleef gelijk in aantal. Na verloop van tijd begonnen ze zich zelfs gewoon weer te vermenigvuldigen en concurreerden ze de Staphylococcus in enkele gevallen zelfs weg. 

None

De resistente Staphylococcus (groen) neemt tijdens de antibioticakuur in aantal toe. De niet resistente S. pneumoniae (zwart) verdwijnt echter niet, maar blijft in leven en wordt na verloop van tijd zelfs dominant (foto: Sorg et al. RUG/UC SD).

Opnemen

De verklaring voor deze opmerkelijke observaties bleek te liggen in de manier waarop de Staphylococcus het antibioticum afbreekt. De bacterie heeft een gen dat chlooramfenicol onschadelijk kan maken, maar alleen in zijn cel. De bacterie moet het antibioticum uit zijn omgeving dus eerst opnemen om het te kunnen afbreken. Hierin blijkt hij echter zó goed te zijn, dat hij bij een kuur met chlooramfenicol nagenoeg alle antibiotica opneemt, er blijft dus geen antibiotica meer over. Dit is natuurlijk erg handig voor de S. pneumoniae. Door te wachten tot de kuur voorbij was en geen energie te verspillen aan vermenigvuldigen, of door zelf een resistentiegen op te nemen uit de omgeving, wist S. pneumoniae tegen verwachting in te overleven en soms zelfs sterker te worden. En deze bacterie is vast niet de enige die van de resistentie van een andere soort gebruikt maakt.

Personalized medicine 

De ontdekking van de Groningse en Amerikaanse onderzoekers zorgt voor een andere kijk op hoe microben antibiotische therapieën in gevaar kunnen brengen. Volgens de onderzoekers is het daarom van belang dat een antibioticakuur een ‘personalized medicine’ wordt, waarbij je niet alleen de ziekteverwekker test op resistentie, maar het héle microbioom van het te genezen orgaan wordt getest.
 

Bron:  PLOS